Les 27 van een volledige cursus over het rekenen met breuken.Vermenigvuldigen van twee breuken.
De les bevat naast uitleg ook materiaal voor het oefenen en toetsen.
Deze les is met name geschikt voor groep 5 van de basisschool maar natuurlijk ook voor leerlingen van pabo, havo, vwo, vmbo enz.
Vermenigvuldigen van twee breuken
Korte samenvatting van de uitleg in de video.
1/2 x 6 betekent dat je de helft moet nemen van zes en dat is gelijk aan drie.
1/2 x 6 = 1/2 x 6/1 = 6/2 = 3
Bedenk altijd dat een breukstreep niets anders is dan een deelstreep!
Je kunt voorbeelden zoals hierboven beschreven, zien dat er een regel bestaat voor het vermenigvuldigen van twee breuken:
‘teller maal teller gedeeld door noemer maal noemer’
Deze regel is zeer eenvoudig!
Je vermenigvuldigt gewoon de tellers met elkaar en dit wordt de teller van het antwoord.
Je vermenigvuldigt de noemers met elkaar en dit wordt de noemer van het antwoord.
Oefenen met het vermenigvuldigen van twee breuken.
Je kunt de tellers met elkaar vermenigvuldigen en de noemers met elkaar vermenigvuldigen (‘teller maal teller gedeeld door noemer maal noemer’).
Daarna nog kijken of je het antwoord kunt vereenvoudigen.
Er wordt een nieuw window geopend voor deze oefening.
Oefening of toets bij ‘Vermenigvuldigen van twee breuken’
Het is belangrijk om bij een breuk meteen te zien of hij eenvoudiger kan worden opgeschreven. Het is daarom goed om even te kijken of je de sommetjes van dit oefenvel snel en goed kunt maken voordat je door gaat naar de volgende les.
[kml_flashembed publishmethod=”static” fversion=”10.0.0″ movie=”http://www.rekenenmetbreuken.nl/wp-content/uploads/2012/12/FracMult10_pr1.swf” width=”400″ height=”300″ targetclass=”flashmovie” play=”true” allowfullscreen=”true” allowscriptaccess=”sameDomain”]
[/kml_flashembed]